Deze serie artikelen gaat in op de ideale woning voor ouderen en de woonwensen van ouderen. In eerdere artikelen bespraken we onder meer de woonwerkelijkheid van ouderen en hun woonwensen. Hoe ziet de ideale woning voor ouderen eruit, in welke omgeving staat deze en wat is de perfecte woonsituatie? In dit artikel vergelijken we deze ideale woning voor ouderen met de echte woonsituatie van ouderen. In hoeverre komen deze overeen? Op basis van de antwoorden op deze vraag formuleren we een aantal aanbevelingen aan de praktijk. We sluiten deze serie af met een conclusie.
Door de toenemende vergrijzing stijgt de vraag naar woningen voor ouderen. Zelfs dusdanig dat er jaarlijks meer vraag dan aanbod te verwachten is. Tegelijkertijd blijken seniorenwoningen echter moeilijk verhuurbaar. Een mogelijke reden voor deze discrepantie ligt in het feit dat het labelen van woningen als geschikt voor senioren de doelgroep afschrikt. Belangrijker is echter nog dat het aanbod van woningen voor senioren niet aansluit op hun woonwensen. Zo worden aan de woningen voor ouderen hogere en andere eisen gesteld dan die tot dusverre de bouwproductie hebben gedomineerd.
Vaak worden 65-plussers op de woningmarkt gezien als zorgvrager, terwijl deze mensen juist zelfstandig willen en kunnen wonen. Hierbij wordt veelal gedacht dat ouderen niet graag willen verhuizen naar een appartement. Dit terwijl de woonwens, zeker wanneer een appartement groot genoeg is en beschikt over voldoende slaapkamers en een ruim balkon, een ander beeld laat zien. Daarnaast wenst de overgrote meerderheid een huurwoning met een prijskaartje onder de €650 per maand. De prijs van de door hen gewenste (ruime en comfortabele) woningen ligt echter in het hogere segment. Zelfs in de vrije sector is er echter weinig aanbod, zeker wat betreft aanbod specifiek gericht op ouderen.
Ten derde is er voor veel ouderen een mismatch tussen vraag en aanbod wat betreft de wooninformatie. Zo moet er veelal binnen drie dagen besloten worden of men een woning accepteert, hetgeen ouderen als stressvol ervaren. Een vierde voorbeeld van verschillen tussen woonwerkelijkheid en –wensen betreft de omgeving van de woning. Woningen worden geplaatst in een te rustige omgeving en de gevraagde voorzieningen liggen niet dichtbij genoeg.
Tekst gaat verder onder de afbeelding.
De grootste groep senioren kiest ervoor om oud te worden in de eigen woning. Het feit dat ouderen weinig verhuisgeneigd zijn, maakt dat de afzet van specifieke woonvormen voor senioren niet gegarandeerd is. Zo wordt de vraag naar klassieke ouderenwoning als zijnde tweekamerwoningen en verzorgde woonvormen sterk overschat. Omdat binnen de huidige voorraad veel woningen niet gewenst zijn door senioren adviseert onderzoek nieuwbouw binnen bestaande wijken en buurten, en aanpassingen aan de huidige voorraad. Het zogenaamde opplussen. Bij de realisatie hiervan moet de focus onder meer liggen op gelijkvloerse woningen (zowel appartementen als grondgebonden woningen) en de inventarisatie van mogelijkheden met onder meer trapliften en domotica. Daarnaast moet er, om te voorkomen dat mensen uiteindelijk gedwongen moeten verhuizen, voorlichting gegeven worden over deze mogelijkheden.
Daarnaast moet het toekomstige woonbeleid meer worden gericht op veeleisende woningzoekende ouderen die niet perse hoeven te verhuizen. Er moet aanbod voor hen geschapen worden dat bestaat uit comfortabele woningen op locaties nabij het centrum en zorgvoorzieningen, waarbij de huurprijs toch laag genoeg gehouden kan worden. Want ondanks dat de groep ouderen divers is, is een algemene visie op woonbeleid als rode draad een goed hulpmiddel. Om een dergelijke visie vorm te geven is het belangrijk om te weten wat er leeft onder ouderen; ze moeten gehoord worden. Wel is het zaak rekening te houden met de specifiekere vragen van bijvoorbeeld kwetsbare en allochtone ouderen.
Ouderen zijn gesteld op de eigen woonomgeving en (koop)woning, waar ze zo lang mogelijk willen blijven wonen. Zo’n 30% van de ouderen geeft aan na te denken over een verhuizing. Nu ouderen tegenwoordig kunnen kiezen voor zorg en diensten aan huis en huisaanpassingen is vooral onvrede met de sociale kwaliteiten van de buurt tegenwoordig een belangrijk verhuismotief. Vanwege een geringe urgentie en allerlei psychische drempels en fysieke beperkingen is de kans echter klein dat het tot een verhuizing komt.
Als ouderen verhuisgeneigd zijn, verkiest twee derde een huurwoning, zeker naarmate men ouder wordt en men een lager inkomen heeft. Toekomstige ouderen neigen minder naar huurwoningen, zodat, gecombineerd met de vergrijzing, een groter deel van de ouderen in de koopsector zal (blijven) wonen. De senior wil een ruime, lichte en comfortabele woning met minstens twee slaapkamers en een groot balkon of onderhoudsvrije tuin, die het liefst gesitueerd is in de vertrouwde omgeving.
Er wordt bij de woningkeuze rekening gehouden met de toegankelijkheid van de nieuwe woning, zo is twee derde van de verhuisgeneigden op zoek naar grondgebonden woningen en nultredenwoningen (zonder seniorenlabel). Veelal heeft een appartement de voorkeur, alhoewel deze trend ook duidt op een gebrek in aanbod van grondgebonden woningen. De belangrijkste omgevingskwaliteiten voor senioren bestaan uit voorzieningen en (de nabijheid van) sociale contacten. Ook de mogelijkheid tot de aanschaf van diensten gericht op gemak, (onderhoud aan de) woning en verzorging zijn van belang. Bijzonder voor de groep ouderen is het grotere belang dat gehecht wordt aan en veiligheid.
Uit onderzoek blijkt dat de invulling van de ideale woonomgeving van ouderen divers is, dit komt onder meer door verschillen binnen en tussen leeftijdsgroepen. Vooral toekomstige ouderen zijn steeds kritischer en zullen alleen worden verleid door een kwalitatief aanbod dat aansluit op hun wensen en behoeften, waaronder comfort en gemak. Ook kunnen zaken als afkomst en woonregio impact hebben op de woonwensen.
Omdat veel woonwensen niet gerealiseerd worden binnen het bestaande woningaanbod en ouderen meer mogelijkheden zien om in de eigen woning te blijven wonen, zijn veel woningen bedoeld voor senioren moeilijk verhuurbaar. Onderzoek adviseert passende nieuwbouw binnen bestaande wijken en buurten, en aanpassingen aan de huidige voorraad. Bij de realisatie hiervan moet de focus onder meer liggen op gelijkvloerse woningen (zowel appartementen als grondgebonden woningen) en de inventarisatie van mogelijkheden met onder meer trapliften en domotica. Ook moet dit aanbod voldoende comfortabel zijn, nabij het centrum en zorgvoorzieningen gesitueerd zijn, en betaalbaar gehouden worden.
Dit artikel is onderdeel van een serie.
Lees meer:
Deel 1 – Hoe wonen ouderen – de woonwerkelijkheid van ouderen
Deel 2 – Willen ouderen verhuizen: verhuisgeneigdheid
Deel 3 – De ideale ouderenwoning – verschillen tussen groepen
Deel 4 – Woonwensen van ouderen – de woning, situatie en omgeving
Infographic – De woonsituatie en woonwensen van ouderen Bronnen –
Bronnen 3Bplus artikelen woonwensen